De grens tussen handelen in invloed en corruptie: lobbycratie

Anne Scheltema BeduinFeature, Kwesties, Nationaal, News, Nieuws, Onderzoeken, Wetgeving

Amsterdam, 13 augustus 2015 – Waar ligt de grens tussen corruptie en het handelen in invloed? Wanneer is er sprake van ontoelaatbare belangenvermenging? Deze vragen zijn niet eenvoudig te beantwoorden. Transparency International Nederland (TI-NL) concludeerde daarom in het rapport “Lifting the Lid on Lobbying – Enhancing Trust in Public Decision-making in the Netherlands” al dat betere regelgeving omtrent lobbyen noodzakelijk is. Ook Dijsselbloem wilde een afkoelperiode voor politici die overstapte naar de bankensector om zo de schijn op belangenverstrengeling te voorkomen.

Lobbyen

Lobbyen is het door gesprekken proberen belangrijke beslissingen te beïnvloeden. Voor belanghebbenden kan lobbyen een rechtmatige manier zijn om invloed uit te oefenen op publieke beleidsvorming en beleidsimplementatie, mits dat integer en transparant gebeurt. Maar het Nederlandse lobbyproces is juist ondoorzichtig, bij gebrek aan noemenswaardige regelgeving. De Nederlandse samenleving heeft weinig inzicht in wie bij wie lobbyt, welke middelen daarbij worden ingezet en wat het doel daarvan is. Omdat zelfs een definitie van lobbyen ontbreekt, blijft de discussie over de wenselijkheid of de regulering ervan steken in algemeenheden.

Daarmee is niet gezegd dat lobbyen steeds in de schaduw plaatsvindt, noch dat de lobbysector klein of stil is. Integendeel: het is een actieve en groeiende sector. De groei van de sector wordt gevoed door het karakter van de Nederlandse politiek, die voortdurend streeft naar brede steun en consensus (het poldermodel). Nieuwe vormen van samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven versterken deze tendens. Deze publiek-private samenwerking stelt nieuwe uitdagingen aan objectieve beleids- en besluitvorming door openbare ambtsdragers en politici. Gevoegd bij het feit dat burgers in het maatschappelijk verkeer verschillende rollen spelen en verschillende petten dragen, ontstaat daarmee een potentieel precaire combinatie, met risico’s voor overmatige of onevenredige invloed op de besluitvorming.

Belangenverstrengeling en nevenfuncties

Draaideurpolitici wekken de schijn van belangenverstrengeling, maar hoe zit het met politici die stemmen over een wetsvoorstel maar tegelijkertijd ook door hun nevenfunctie belang hebben bij dit wetsvoorstel? Jean Wanningen van Follow the Money schreef gisteren het artikel “wanneer gaat de ‘handel in invloed’ over in corruptie?”, over de grens tussen handelen voor het algemene belang en het handelen voor een specifiek belang. Want waarom wordt er geen aandacht besteed aan de belangenverstrengeling in de Eerste Kamer? Hoe kan het dat er in de Eerste Kamer veel lobbyisten te vinden zijn en dat niemand daar van wakker ligt?

In 2013 kreeg Nederland van de Group of States against Corruption (GRECO) aanbevelingen over het verbeteren van integriteit en het voorkomen van belangenverstrengeling binnen het parlement: “There are few rules pertaining to the integrity of Members of Parliament and this topic has traditionally been left to political parties and fractions to deal with, according to their own systems of values and beliefs. The system is reactive, relying mainly on the media to expose misconduct and on the parliamentarian concerned to step down, on his/her own initiative or at the request of his/her political party or fraction. GRECO believes that there is room for improvement and that the Parliament, as an institution, could take on a more proactive role to increase the awareness of its members – many of whom do not have much experience of parliamentary work – towards ethics, integrity and exposure to possible conflicts of interest. It is recommended to develop codes of conduct for Members of both Chambers of Parliament, with their participation, to review current registration requirements as regards interests, assets and liabilities, to ensure supervision and enforcement of the existing and yet-to-be established rules and to extend the guidance and training on ethical matters available to parliamentarians.” Het grootste deel van deze aanbevelingen heeft de Eerste Kamer naast zich neergelegd.

Leden van de Eerste Kamer stemmen over wetsvoorstellen, maar kan dit eigenlijk wel als ze door hun nevenfunctie ook betrokken zijn bij ditzelfde wetsvoorstel? Columnist en journalist Syp Wynia deed onderzoek naar het lobbyen door (ex) politici een artikel over in Elsevier. Hoe kan onafhankelijkheid worden gewaarborgd bij de toetsing van wetgeving op uitvoerbaarheid en consistentie als de fractievoorzitters van de meeste grote partijen ook bepaalde belangen vertegenwoordigen?

Lobbycratie

Niet alleen in Nederland is de invloed van lobbyisten op wetgeving groot, ook in Brussel waar veel voor Nederland relevante wetgeving wordt gemaakt is er volgens politicologe Melissa Dammekens sprake van een grote invloed van lobbyisten. Dagelijks zijn er meer dan 25.000 mannen en vrouwen op pad om de Europese beleidsvoerders te beïnvloeden en zo de Europese wetgeving naar hun hand te zetten. Dit maakt Brussel, na Washington, de hoofdstad met het grootste aantal lobbyisten ter wereld.

Voor een interessante discussie over lobbycratie, kijk de serie waarin Syp Wynia te gast is bij interview Erik de Vlieger op http://www.cafeweltschmerz.nl/erik-de-vlieger-met-syp-wynia-over-lobbycratie-deel-1/. In deel twee over dit onderwerp is oud TI-NL bestuurslid Michel van Hulten te gast: http://www.cafeweltschmerz.nl/erik-de-vlieger-met-oud-pvda-staatssecretaris-michel-van-hulten-lobbycratie-deel-2/.