Amsterdam, 5 januari 2018 – Woensdag maakte het Braziliaanse Petrobras bekend te schikken voor bijna 2,5 miljard euro aan Amerikaanse effectenbezitters die claimen gedupeerd te zijn door het enorme corruptieschandaal waarin de oliemaatschappij al jaren verwikkeld is. Het is een van de grootste schikkingen ooit in collectieve rechtszaken die effectenbezitters in de Verenigde Staten hebben aangespannen.
Petrobras, een Braziliaans semi-staatsbedrijf in olie, is de spil in het grootste corruptieschandaal uit de Braziliaanse geschiedenis. De oliemaatschappij nam gedurende tien jaar lang steekpenningen aan van tientallen leveranciers, zoals constructie- en offshore-bedrijven. Ook vloeide er miljoenen aan smeergeld naar hooggeplaatste politici.
Operatie Wasstraat
Al vier jaar lang loopt een grootschalig juridisch onderzoek naar de corruptie in en rondom Petrobras, dat in Brazilië ‘Operação Lava Jato’, ofwel ‘Operatie Wasstraat’ wordt genoemd. In 2014 begon een onderzoek naar het witwassen van geld bij tankstations en autowasserijen, waarbij per toeval bewijs werd gevonden van een groot web van corruptie en steekpenningen tussen het staatsoliebedrijf Petrobras en hooggeplaatste politici.
Inmiddels is het onderzoek zo’n 45 maanden bezig en is er een uitgebreide illegale samenwerking tussen de overheid en bedrijven ontdekt ter waarde van 3 miljard euro. Naar aanleiding van de bevindingen zijn zo’n 40 betrokkenen in de gevangenis beland, en worden bijna 200 leden van de Senaat en het Huis van Afgevaardigden onderzocht voor corrupte praktijken. Ook moest het oliebedrijf miljarden afschrijven op zijn bezittingen, omdat deze veel te hogen waren gewaardeerd, als gevolg van de te hoge tarieven die corrupte bestuurders de leveranciers lieten berekenen.
Collectieve rechtszaken tegen Petrobras
Meer dan 25 groepen investeerders begonnen collectieve rechtszaken om schade vergoed te krijgen. De verklaring van Petrobras leest dat het oliebedrijf aansprakelijkheid uitdrukkelijk ontkent en de schikking “impliceert geen enkele erkenning van wangedrag” maar “het elimineert het risico van een negatief oordeel” en “maakt een einde aan de onzekerheden, lasten en kosten van langdurige rechtszaken”. Het oliebedrijf beschouwt zichzelf nog steeds als slachtoffer van zijn corrupte medewerkers.
Een rechtbank in New York moet de schikking nog goedkeuren. De voorgestelde schikking vereist dat Petrobras 2,95 miljard dollar betaalt in drie termijnen – twee termijnen van 983 miljoen dollar en een derde deel van 984 miljoen dollar. De eerste termijn moet binnen 10 dagen na de voorlopige goedkeuring van de schikking door de rechtbank voldaan worden. De tweede betaling geschiedt binnen 10 dagen na definitieve goedkeuring van de schikking. En de derde transactie moet binnen zes maanden na de definitieve goedkeuring of op 15 januari 2019 worden voltooid.
Strafzaken aan de lopende band
Intussen gaan ook de strafzaken in Brazilië door. Vorige week nog werden in een nieuwe strafzaak acht hooggeplaatste oud-medewerkers van Petrobras aangeklaagd in het corruptieschandaal. Ze worden verdacht van het aanbrengen van “onregelmatigheden” in contracten voor drie boorschepen. In totaal lopen er in Brazilië veertien juridische onderzoeken.
In Nederland is het offshorebedrijf SBM Offshore betrokken bij het corruptieschandaal. Het bedrijf trof eerder een schikking met justitie in Nederland en de Verenigde Staten ter waarde van 240 miljoen dollar, bestaande uit een boete van 40 miljoen dollar en ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel van 200 miljoen dollar. In november 2017 bekende twee oud-medewerkers van SBM Offshore in de Verenigde Staten schuld voor corruptie in het grootschalige omkoopschandaal rondom staatsoliebedrijven, waaronder Petrobras. Uit documenten die zijn ingediend bij de federale rechtbank in Houston blijkt dat één van hen de voormalig CEO van SBM Offshore is. Hij bekende schuld nadat de voormalige verkoop- en marketingmanager bij de Amerikaanse tak van SBM ervoor uit kwam dat hij jaren geleden twee hooggeplaatste mensen van Petrobras heeft omgekocht om contracten veilig te stellen. Het vonnis van de twee volgt naar verluidt op 31 januari 2018.
Schoonmaak van corruptie in Brazilië
Brazilië kent een lange geschiedenis van corruptie: sinds het land een democratie werd in 1985, heeft elke regering te maken gehad met corruptieschandalen. Het is dan ook niet vreemd dat de bevolking weinig vertrouwen heeft in de regering. De recente veroordelingen zijn een belangrijk keerpunt in de geschiedenis van straffeloosheid in Brazilië en hopelijk een teken dat de rechtstaat haar werk begint te doen.
Brazilië moet haar beloftes om corruptie te bestrijden nakomen. Personen die schuldig zijn bevonden, moeten ook de verantwoordelijkheid dragen. Teveel schandalen hebben zowel bedrijven als politici overspoeld en de gewone Brazilianen zijn boos en teleurgesteld. Terwijl Brazilië probeert te herstellen van een verwoestende economische crisis, draagt corruptie enkel bij aan de lasten van de armen.
Brazilianen zijn in de afgelopen twee jaar vele malen de straat opgegaan om verandering te eisen. Het volk eist een grote schoonmaak binnen de overheid. Het is tijd voor hun leiders om te luisteren naar hun volk en de vloer aan te vegen met diegenen betrokken bij corruptie.