Amsterdam, 17 januari 2020 – Afgelopen dinsdag presenteerde de Monitoring Commissie Accountancy haar eindrapport na vijf jaar van onderzoek naar de kwaliteit van accountantsorganisaties. De voornaamste conclusie luidt dat het accountants zelf niet is gelukt de nodige kwaliteitsverbetering door te voeren en er nu dwingende wet- en regelgeving moet komen.
De Monitoring Commissie Accountancy (hierna MCA) is in 2014 ingesteld door de Nederlandse Beroepsorganisatie Accountants (NBA), toen de Tweede Kamer een laatste kans gaf aan de sector om zelf met verbetermaatregelen te komen. Die werden nodig geacht na een aantal grote schandalen, zoals bij DSB Bank, woningcorporatie Vestia en Ballast Nedam. De MCA komt tot de conclusie dat er te weinig vooruitgang is geboekt vanuit de sector zelf en dat de wetgever nu moet optreden.
Kwaliteitsproblemen
Volgens de MCA is de kwaliteit van accountants ondermaats en de geboekte vooruitgang sinds 2014 onvoldoende. Dit blijkt onder andere uit een constatering van toezichthouder AFM uit 2017 dat 60% van de onderzochte boekencontroles bij de vier grootste accountantskantoren onvoldoende was. Dat dezelfde onderzoeken intern wel een voldoende scoorden, ziet de MCA als een teken dat de sector een te positief zelfbeeld heeft. Ook onderzoek uit 2019 van de Amerikaanse toezichthouder PCAOB laat zien dat 50 procent van de door Nederlandse accountantsorganisaties gecontroleerde jaarrekeningen onvoldoende scoren. Om aan te tonen dat de problemen bij de accountants structureel zijn, wordt in het rapport een Amerikaans onderzoek uit 1977 aangehaald waarin dezelfde problematiek naar voren komt.
Wetgever aan zet
De MCA doet dertig aanbevelingen, waarvan meer dan de helft gericht aan de wetgever. Een aantal van deze aanbevelingen zijn:
- Zaken als witwassen, corruptie, kartelvorming en bepaalde andere onregelmatigheden in de boeken zouden verplicht gemeld moeten worden als fraude;
- Bij controle van jaarrekeningen van grote bedrijven moet de inzet van fraudespecialisten verplicht worden gesteld;
- De macht van beroepsorganisatie NBA moet worden ingeperkt: de voorzitter moet door de minister worden aangewezen en hun toezichthoudende taak moet naar de AFM worden overgeheveld;
- De AFM moet scherper toezicht moet houden en ieder jaar de accountantskantoren controleren, in plaats van iedere drie jaar;
- Grote accountantskantoren zijn too big to fail en moeten dus verplicht 15% van de omzet als financiële buffer aanleggen.
De minister en de sector zelf reageren nog niet op deze concrete aanbevelingen, maar wachten een tweede rapport af, dat eind deze maand wordt verwacht. Dit rapport is het eindoordeel van de Commissie Toekomst Accountancysector, die door minister van Financiën zelf is ingesteld.
Maatschappelijke taak
Transparency International Nederland wijst erop dat accountantskantoren een belangrijke publieke taak hebben. Ze hebben het monopolie op het controleren en goedkeuren van de boeken van bedrijven. Beleggers, banken, bedrijven, werknemers en consumenten moeten erop kunnen vertrouwen dat de cijfers die een bedrijf presenteert waarheidsgetrouw zijn. Daarnaast adviseren accountants bedrijven over de naleving van de wet en moeten ze mogelijke fraude opsporen. Als accountants hun werk niet goed doen, is dat dus schadelijk voor de hele maatschappij.