Maastricht, 23 maart 2014 – De waterschappen geven de komend jaren veel geld uit in een sector die in de afgelopen jaren corruptiegevoelig bleek. De aanbestedingsprocedures van de sector zijn gewijzigd waardoor er vanuit de sector veel minder controle op de aanbestedingen is. De waterschappen zelf staan niet in de publieke belangstelling. Daardoor staan de waterschappen ook niet in de belangstelling van de media. Het gebrek aan belangstelling voor lagere overheden zoals gemeenten en waterschappen leidt tot minder controle waardoor er vanuit publieke opinie en vanuit media eveneens minder controle is.
In de komende jaren beslist een kleine groep mensen over grote investeringen uit publieke middelen. De waterschappen zijn belangrijk genoeg om hun integriteit beter te waarborgen.
Geld
De waterschapsbelastingen in Nederland bedragen ongeveer 2,5 miljard euro per jaar. De lasten voor de burgers zijn zelfs ‘de laatste tien jaar met zo’n 650 miljoen euro gestegen’.
De waterschappen verwachten in de periode 2014-2017 samen gemiddeld ongeveer 1,3 miljard euro per jaar te investeren aan waterveiligheid (Deltaprogramma 2015). Tot 2030 wordt verwacht dat er 20 miljard wordt geïnvesteerd in stevigere dijken, oftewel 7 à 9 miljoen euro per kilometer dijk.
Corruptiegevoelige sector
De waterschappen geven hun geld vooral uit aan bagger- en bouwaannemers. Bouwfraude is fraude die gepleegd wordt bij het bouwen van bijvoorbeeld infrastructuur.
Sectorcontrole op aanbestedingen verminderd
De noodzakelijke investeringen in Nederlandse waterveiligheid maken de waterschappen tot een aanbestedingspartij van groot formaat. De nieuwe Aanbestedingswet (2012) en de bijbehorende Gids Proportionaliteit hebben volgens de bouwwereld: ‘de kwaliteit en efficiëntie van aanbesteden vergroot’, maar ook met als gevolg een halvering van het aantal openbare aanbestedingen door het Rijk, en met name minder openbare aanbestedingen door de lagere (gedecentraliseerde) overheden: 3000 in 2009, minder dan 1500 in 2013.
Op de site van de bouw lobby & belangenorganisatie Bouwend Nederland is men positief: “De grenzen voor onderhands aanbesteden zijn vooral bij de decentrale overheden flink verhoogd onder invloed van de Gids Proportionaliteit. Dit zorgt voor minder inschrijvers en dus voor een efficiënter en goedkoper aanbestedingsproces. Daar komt bij dat kwaliteit gemakkelijker beloond kan worden, namelijk door goed presterende partijen bij een volgende onderhandse procedure weer uit te nodigen.”
Het Aanbestedingsinstituut (‘onafhankelijk’ naar eigen zeggen, maar opgericht door de bouw en infra-partijen) schrijft over onderhands aanbesteden in het rapport ‘Voor de baat uit’: Partijen die onderhands aanbesteden “onttrekken zich daarmee helemaal aan het zicht van de openbare markt’. Iets verder in het rapport staat over onderhandse aanbestedingen: “Een ander risico betreft machtsmisbruik. Bij Aanbestedingsinstituut komen regelmatig meldingen binnen van ondernemers die onder druk gezet worden.”
Corruptiegevoelige politici en ambtenaren
Onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam in 2005 onder topambtenaren gaf onder meer als resultaat : “Opmerkelijk is ook dat de ondervraagden schatten dat van alle politici in Nederland één op de twintig (5,2 procent) corrupt is. Ook 3,2 procent van de ambtenaren zou corrupt zijn.” Er werken circa 12.000 ambtenaren bij de waterschappen. Dat zou 360 potentieel corrupte ambtenaren opleveren.
Een onderzoek in mei 2014 onder ambtenaren (7200 enquêtes) wees uit dat “2 procent van de Nederlandse ambtenaren getuige van corruptie [is] geweest de afgelopen twee jaar.” Ondanks de aangifteplicht voor ambtenaren wordt lang niet altijd melding gedaan.
Door de beperkte publieke belangstelling in combinatie met grote investeringen in een corruptiegevoelige sector bestaat de aanmerkelijke kans dat corruptiegevallen bij waterschappen niet tot een enkel incident beperkt zullen blijven. De waterschappen zijn zich hiervan zodanig bewust dat zij een eigen gedragscode hebben, ‘De waterschappen als publieke opdrachtgever’. Het document is voor iedereen die met waterschappen te maken krijgt als opdrachtgever. Met de gedragscode verbinden de waterschappen zich aan de kernwaarden integriteit, betrouwbaarheid en transparantie.
Geringe belangstelling voor lagere overheden
De publieke belangstelling voor waterschappen is nog minder dan die voor gemeenten en de belangstelling daarvoor is al zorgelijk laag. Dit blijkt al jaren een probleem, zodanig dat gemeenten zich gedwongen zien journalisten te huren voor raadsvergaderingen omdat er anders geen verslag meer wordt gedaan en daarmee geen sprake meer is van controle op lokaal niveau.
Als gevolg van decentralisatie komen de komende jaren meer bevoegdheden en daardoor meer uitgaven van publieke middelen bij decentrale overheden terecht. Effectieve waarborging van integriteit en effectieve controle op lokaal niveau wordt daardoor moeilijker.
Publieke belangstelling als corruptiepreventie
In de komende jaren beslist een kleine groep mensen over grote investeringen uit publieke middelen. De waterschappen zijn belangrijk genoeg om hun integriteit beter te waarborgen. Dit geldt ook voor gemeenten en provincies. Daarom wil Transparency International Nederland de publieke belangstelling voor integriteit en corruptiebestrijding op decentraal niveau vergroten.
Gerke Berenschot is bestuurslid van TI-NL