Vijlbrief

Internetconsultatie vierde anti-witwas richtlijn

Anne Scheltema BeduinCorruptie, Europees, Feature, Nationaal, News, Nieuws, Wetgeving, Witwassen

Amsterdam, 15 juli 2016 – Het ministerie van Financiën en het ministerie van Veiligheid en Justitie hebben op 5 juli 2016 een publieke consultatie  geopend van het wetsvoorstel voor de implementatie van de vierde anti-witwasrichtlijn. Met deze consultatie wordt eenieder geïnformeerd over de voorgenomen wijzigingen en de mogelijkheid geboden om hierop te reageren.

Het wetsvoorstel regelt de implementatie van de Europese vierde anti-witwasrichtlijn en beoogt het gebruik van het financiële stelsel voor witwassen en terrorismefinanciering op Europees niveau aan te pakken. De Vierde anti-witwasrichtlijn vult de bestaande regels verder aan en geeft tevens uitvoering aan de ‘verordening betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie over de betaler‘. Deze verordening heeft rechtstreekse werking en beoogt geldovermakingen volledig traceerbaar te maken. Dit wordt als een belangrijk hulpmiddel beschouwd bij het voorkomen, opsporen en onderzoeken van witwassen en financieren van terrorisme.

Wijzigingen Wwft

De implementatie van de vierde anti-witwasrichtlijn in Nederlandse wetgeving leidt hoofdzakelijk tot wijziging van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft).

De twee kernverplichtingen van de huidige regels blijven bestaan. Het betreft de verplichting tot het verrichten van cliëntenonderzoek en de verplichting tot het melden van ongebruikelijke transacties bij de Financiële Inlichtingen Eenheid (FIE, in Europa: FIU). Daarbij zal meer dan voorheen worden uitgegaan van een risicogebaseerde benadering. Hieruit volgt dat instellingen de verplichtingen om de maatregelen die zij in het kader van het cliëntenonderzoek dienen te nemen dienen af te stemmen op de risico’s van de aard en omvang van de eigen onderneming en de dienstverlening, alsmede op de risico’s van een concrete zakelijke relatie of transactie. Het cliëntenonderzoek kan in gevallen van laag risico niet meer achterwege worden gelaten.

Door de implementatie wordt het toepassingsbereik van de Wwft uitgebreid naar aanbieders van kansspeldiensten (casino’s, loterijen, speelautomatenhallen en online kansspelaanbieders) en personen die beroeps- of bedrijfsmatig in goederen handelen indien daarbij contante betalingen worden gedaan of ontvangen van € 10.000 of meer. Hierbij kan gedacht worden aan de koop of verkoop van voertuigen, schepen, kunstvoorwerpen, antiquiteiten, edelstenen, edele metalen, sieraden of juwelen. Bij de vorige versie van de richtlijn lag die grens op € 15.000,- en betrof het alleen verkopers van deze goederen, niet ook de kopers.

Sancties op overtredingen

De vierde anti-witwasrichtlijn en de verordening introduceren ook een Europees kader voor het sanctioneren van overtredingen. Dit leidt tot wijzigingen van de bevoegdheden van de toezichthouders om handhavend op te treden bij overtredingen van de Wwft. Zo wordt de maximale boete die toezichthouders kunnen opleggen verhoogd van vier miljoen euro naar vijf miljoen euro en wordt voor ernstige overtredingen een omzetgerelateerde boete mogelijk. Daarnaast moeten toezichthouders besluiten tot het opleggen van sanctiemaatregelen voortaan openbaar maken.

UBO register

Een voor TI belangrijk onderwerp is de verplichting aan lidstaten een centraal register voor uiteindelijk belanghebbenden (UBO-register) in te richten. De Minister van Justitie, Ard van der Steur, heeft tijdens de Anti-corruptie Top op 12 mei jl. in Londen aangegeven dat Nederland zich zal committeren aan een openbaar register van uiteindelijke belanghebbenden en pleit voor andere landen om te volgen. “We hebben behoefte aan een wereldwijd systeem, we moeten het samen doen. Als we serieus willen zijn, dan moeten we een dergelijk register overal hebben”, aldus Van der Steur.

Closed data barcode

Begin februari maakte de minister al bekend voor een openbaar register te gaan. Hoewel TI-NL dit in beginsel toejuicht, zijn er enkele zorgen over de drempels die opgeworpen worden om toegang tot de informatie in het register te krijgen. Dat de Kamer van Koophandel het register zal gaan beheren is een hieraan gerelateerd zorgpunt.

Omdat het UBO-register een meer omstreden en ingewikkelder onderdeel is van de implementatie, zullen de artikelen met betrekking tot het UBO-register in een apart wetsvoorstel worden ondergebracht, dat op een later moment zal worden geconsulteerd.

Reactie op de consultatie

De termijn voor consultatie is zes weken. Dat betekent dat reacties op het conceptwetsvoorstel tot en met 16 augustus 2016 kunnen worden ingediend op de website van de overheid.