Op 28 juni 2010 nam André Haspels, plaatsvervangend directeur-generaal internationale samenwerking, namens minister Verhagen (Buitenlandse Zaken) het boek ‘How to do business with respect for human rights – a guidance tool for companies’ van Global Compact Nederland in ontvangst.
Dit rapport geeft bedrijven een inzichtelijk handvat hoe mensenrechten te bevorderen met name in landen, waar het met die rechten aanzienlijk minder goed is gesteld dan in Nederland. De heer Haspels noemde het beschermen en bevorderen van mensenrechten is niet alleen een zaak van de overheid. Ook bedrijven nemen hun morele verantwoordelijkheid. Morele plicht en welbegrepen eigenbelang liggen hier in elkaars verlengde: koopman en dominee sluiten elkaar niet uit maar vullen elkaar juist aan.
Leden Global Compact
De publicatie is gebaseerd op een initiatief van grote Nederlandse multinationals, allen lid van Global Compact, te weten AkzoNobel, Essent, Fortis Bank Nederland, KLM, Philips, Rabobank, Randstad, Shell, TNT, and Unilever. Deze bedrijven hebben nagegaan hoe zij de aanbevelingen kunnen toepassen van John Ruggie, de speciale gedelegeerde van de VN, die een breed geaccepteerd raamwerk ‘Protect, Respect and Remedy’ heeft opgesteld over de verantwoordelijkheden van regeringen en bedrijven voor mensenrechten.
Het Global Compact vraagt bedrijven om kernwaarden op het gebied van mensenrechten, arbeidsnormen, milieu en anti-corruptie vast te stellen, te onderschrijven en binnen hun invloedssfeer praktisch vorm te geven.