Amsterdam, 14 december 2015 – Graag delen wij met u het Volkskrant bericht ‘Lobbyland: Het Kamerlid van gisteren, de lobbyist van vandaag?’ Journalisten Eline Huisman en Ariejan Korteweg zullen de komende tijd in krant en online het Haagse lobbyland verkennen. Zij stellen vragen als: maken lobbyisten de dienst uit? Wie zijn het en hoe gaan ze te werk? Hoe kijken ze naar zichzelf? Ook Algemeen directeur van TI-NL, Anne Scheltema Beduin, is in het kader van deze serie geïnterviewd en zal hier en daar in de artikelen genoemd worden.
Rijkspas
Door: Eline Huisman (@ElineHuisman)
Een stronk spruitjes, een geborduurd Vietnamees schilderijtje, recepten voor een gezonde barbecue – het geschenkenregister van de Tweede Kamer heeft een hoog kneuterigheidsgehalte. Sinds 2004 geven parlementariërs hier ontvangen cadeaus en uitnodigingen op, zodat iedereen mee kan kijken of ze zich niet buitensporig laten trakteren door organisaties of bedrijven.
Vergeet dure wijnen en copieuze diners, zeggen de lobbyisten die we tot dusver hebben gesproken. Nederlandse lobbycultuur is er een van koffie in een plastic bekertje op het kantoor van een Kamerlid. Een gemiddeld politicus wordt al ongemakkelijk van een betaalde lunch. Voor excessen moet je eerder in Brussel zijn. Fêteren, uitruilen, omkopen misschien zelfs – het gebeurt er makkelijker onder de radar. Als je hier over de schreef gaat, blijft dat nooit lang verborgen.
Is Den Haag echt zo fatsoenlijk? We vragen het aan Anne Scheltema Beduin, die voor de Nederlandse afdeling van corruptiewaakhond Transparency International de Nederlandse lobbycultuur onderzocht. Haar antwoord: we weten het niet.
Ondoorzichtig, oordeelde Transparency over het Nederlandse lobbylandschap. We hebben nauwelijks inzicht in wie wordt belobbyd door wie, hoe dat gebeurt en met welk doel. Er is zelfs geen definitie van lobbyen, en de discussie over regulering al snel wordt afgedaan met clichés en algemeenheden. Maatregelen om te zorgen dat lobbyen fatsoenlijk gebeurt zijn er amper; we doen het hier slechter dan het Europees Parlement en de Commissie.
Een goed symbool voor de achteloosheid waarmee Den Haag met lobbyen omgaat, is volgens Scheltema Beduin de Rijkspas. Dat is een toegangspas voor het Kamergebouw, waar parlementariërs en journalisten dagelijks in- en uitlopen. Maar Kamerleden die uit functie zijn, wordt niet gevraagd hun pas in te leveren bij vertrek. Zo houden ze levenslang toegang tot de Kamer. ‘De parlementariër van gisteren loopt vandaag als lobbyist de Kamer binnen, met dezelfde toegangspas’, zegt Scheltema Beduin. ‘Dat systeem is zo lek als een mandje. Ook qua veiligheid.’
In de Verenigde Staten zijn er wetten om die ‘revolving door’ (draaideur) tegen te gaan, oud-politici mogen niet zomaar hun oud-collega’s gaan belobbyen. Die regels worden slim omzeild, maar zou het niet toch wat zijn voor Nederland? Om in ieder geval een richtlijn te hebben voor wat oud-politici wel en niet zouden mogen doen? Of valt het wel mee? Hoeveel oud-politici lopen nu eigenlijk zonder probleem als lobbyist het gebouw in? En lopen ze echt de deur plat bij hun oud-collega’s?
Via deze link leest u nog twee eerder blogs over lobbyen in Nederland.