Amsterdam, 22 augustus 2016 – Eerder werd op deze website uitgelegd wat de Yates memo nou eigenlijk inhoudt. Het is een richtlijn van het Amerikaanse Ministerie van Justitie die individuele aansprakelijkheid voor collectief wangedrag benadrukt. Het document is nu bijna 1 jaar oud (9 september). Tijd om de balans op te maken. Heeft de richtlijn individuele aansprakelijkheid voor collectief wangedrag bevorderd? Hoe hoog waren de uitgedeelde gevangenisstraffen en wat kunnen toekomstige overtreders verwachten?
De FCPA Blog heeft een lijst opgesteld met de tien langste gevangenisstraffen op basis van de FCPA (Foreign Corrupt Practices Act). Hoewel de criteria waarmee de lijst is samengesteld voor verschillende interpretaties vatbaar zijn (vaak zijn de gevangenisstraffen niet gebaseerd op één vergrijp, maar een combinatie van meerdere strafbare feiten), geeft de lijst een interessant inzicht in de uitgedeelde gevangenisstraffen door Amerikaanse rechters tot op heden.
De lijst gevangenisstraffen
De lijst van tien langste FCPA-gerelateerde gevangenisstraffen ziet er al volgt uit:
1. Joel Esquenazi: 180 maanden (2011) – De voormalige voorzitter van Terra Telecommunications Corp., is tot 15 jaar gevangenisstraf veroordeeld voor zijn rol in de zogenaamde Haïti Telco omkopingszaak. Het bedrijf betaalde $890.000 aan de autoriteiten in Haïti in ruil voor gunstige telecom tarieven.
2. William Jefferson: 156 maanden (2009) – De eerste ambtenaar (voormalig parlementariër gedurende 9 termijnen, de eerste Afro-Amerikaanse man in het Amerikaanse parlement) die schuldig was bevonden onder de FCPA, werd veroordeeld tot 13 jaar gevangenisstraf, vanwege een poging tot omkoping van de toenmalige vice-president van Nigeria. Saillant detail: het geld ($90.000) werd gevonden in vegetarische burgerverpakkingen in zijn vriezer.
3. Charles Paul Edward Jumet: 87 maanden (2010) – Voormalig werknemer van Ports Engineering Consultants Corporation (PECC), veroordeeld vanwege omkoping ($212.400) van Panamese autoriteiten om 20-jaren contract binnen te slepen voor het onderhoud van vuurtorens en boeien in de wateren van Panama.
4. Carlos Rodriguez: 84 maanden (2011) – Voormalig vice-president van Terra Telecommunications Corp., zie nr.1 hierboven.
4. Herbert Steindler: 84 maanden (1994) – Voormalig internationaal verkoopmanager van General Electric Company, veroordeel vanwege het witwassen van ongeveer $11 miljoen i.v.m. contracten tussen General Electric Company en de Israëlische overheid. De contracten betroffen de verkoop van IAF straalvliegtuigmotoren en het onderhoud daarvan, werden gefinancierd door de Amerikaanse overheid onder het Foreign Military Financing (FMF) programma.
5. Douglas Murphy: 63 maanden (2005) – Voormalig voorzitter van American Rice Inc., veroordeeld vanwege het opkopen van de autoriteiten in Haïti om de importbelastingen van de rijst die het bedrijf importeerde te verlagen. Saillant detail: na zijn vrijlating in de zomer van 2012 kon Murphy direct rechtsomkeert maken vanwege een nieuwe veroordeling in verband met een ander bedrijf (Honey Holding, het omzeilen van anti-dumping regelgeving i.v.m. het importeren van Chinese honing).
6. Shu Quan-Sheng: 51 maanden (2009) – Voormalig voorzitter van AMAC International Inc. en natuurkundige. Hij is veroordeeld vanwege het omkopen van Chinese ambtenaren ($189.300) om aldaar een contract in de wacht te slepen om ruimte-lanceringstechnologie te kunnen verkopen.
7. Benito Chinea: 48 maanden (2015) – Voormalig directeur van Direct Access Partners LLP, veroordeeld vanwege omkoping van een Venezolaanse bankmedewerker in ruil voor de mogelijkheid in obligaties te handelen. In totaal betaalde het bedrijf de bankmedewerker ruim $5 miljoen.
7. Joseph Demeneses: 48 maanden (2015) – Voormalig bestuursvoorzitter van Direct Access Partners LLP, zie hierboven.
8. Jorge Granados: 46 maanden (2011) – Voormalig directeur van het telecommunicatiebedrijf Latin Node Inc., veroordeeld vanwege het omkopen van de autoriteiten in Honduras. Hij betaalde ruim $500.000 aan steekpenningen (via dochtermaatschappijen in Guatemala) voor een exclusieve “interconnection agreement” voor lange-afstand telefoondiensten tussen Honduras en de V.S.
9. David Kay: 37 maanden (2005) – Voormalig vice-voorzitter van American Rice Inc., zie nr. 5 hierboven.
9. John Webster Warwick: 37 maanden (2010) – Veroordeel vanwege zijn rol in de omkoping van de Panamese autoriteiten, zie nr. 3 hierboven.
10. Jose Alejandro Hurtado: 36 maanden (2015) – Voormalig makelaar bij Direct Access Partners, fungeerde al middenman tussen de omkoping beschreven onder 6 hierboven. Het bedrijf haalde ruim $60 miljoen binnen door deze deal te faciliteren.
10. Faheem Mousa Salam: 36 maanden (2007) – Voormalig vertaler voor het Amerikaanse leger, veroordeeld vanwege het omkopen van Iraakse en Amerikaanse ambtenaren tijdens zijn verblijf in Bagdad. De omkoping was erop gericht de ambtenaren te bewegen hem te assisteren in het smokkelen en verkopen van militair materiaal (o.a. kogelvrije vesten).
Opvallend is dat veel van de zaken spelen voor de inwerkingtreding van de Yates memo. Wat dat betreft lijkt de nieuwe richtlijn nog niet veel vruchten afgeworpen te hebben. Dat kan uiteraard nog veranderen: veel zaken zullen niet binnen een jaar afgerond zijn, waardoor nog niet veel gezegd kan worden over een eventuele toename in het aantal gevangenisstraffen voor individuen op basis van de FCPA.
Wie haalden de lijst net niet?
Albert “Jack” Stanley stond in eerste instantie in de lijst met een straf van 84 maanden. De voormalig CEO van Kellogg Brown & Root zou in samenwerking met enkele andere bedrijven tussen 1995 en 2004 de Nigeriaanse autoriteiten hebben omgekocht voor $182 miljoen, om daar een contract binnen te halen voor het bouwen van faciliteiten op Bonny Eiland, waarmee vloeibaar natuurlijk gas gewonnen kan worden. Na medewerking aan de Amerikaanse autoriteiten te hebben verleend, werd zijn straf verminderd tot 30 maanden cel.
Jean Rene Duperval en Asem Elgawhary kregen respectievelijk 104 en 42 maanden gevangenisstraffen in 2015 vanwege corruptiezaken. Duperval was de ontvanger van de omkoping in de Haïti Telco zaak en Elgawhary kreeg een straf in verband met het frauderen van staatscontracten in de energie sector in Egypte. Omdat zij degene waren die de steekpenningen aannamen en niet betaalden, vielen zij formeel niet onder de FCPA.