TI-NL juicht besluit kabinet toe
Transparency International Nederland (TI-NL) juicht het besluit van kabinet Rutte III om toch mee te werken aan de oprichting van een Europees Openbaar Ministerie toe. Als Nederland grensoverschrijdende corruptie en fraude wil onderzoeken en bestrijden, dan is een samenwerking met het EOM inderdaad onontkoombaar. Jaarlijks gaat er ten minste 50 miljard euro aan belastinggeld verloren door grensoverschrijdende misdaden als corruptie en fraude. Het EOM kan de strijd tegen grensoverschrijdende corruptie fraude in de EU naar een hoger niveau tillen, dat verder gaat dan alleen samenwerking.
Nederland kan met haar toezegging nu het eenentwintigste lid worden. Na de toezegging van Nederland hebben zeven EU-lidstaten zich nog niet aangemeld voor het nieuwe initiatief. Dit zijn Denemarken, Hongarije, Ierland, Malta, Polen, Zweden en het Verenigd Koninkrijk. Totdat alle EU-lidstaten zich aanmelden bij het EOM, zullen EU-fondsen nog steeds kwetsbaar zijn voor corruptie in landen zoals Hongarije en Polen. Er zou helemaal geen straffeloosheid in de EU moeten bestaan bij het begaan van misdaden zoals corruptie en fraude.
Oprichting EOM doorbraak in corruptiebestrijding
Desalniettemin is de oprichting van een Europees Openbaar Ministerie een doorbraak in de inspanningen van de EU ter bestrijding van corruptie. “Misdaad en corruptie respecteren geen grenzen en een Europees antwoord is hoognodig. Dit kantoor is al 20 jaar in de maak en hoewel het nog geen Europese FBI is, is dit toch een belangrijke stap. Het EOM is erg nodig om de belangen van de EU-belastingbetalers te beschermen en dus hopen we op een snelle en succesvolle implementatie”, aldus Carl Dolan, directeur TI-EU, met TI-NL groot voorstander van het initiatief.
Het Europees Openbaar Ministerie is waarschijnlijk pas vanaf 2020 operationeel. Luxemburg is in juni dit jaar aangewezen als gastheer van de circa tweehonderd werknemers die voor de nieuwe aanklager gaan werken. Het EOM zal het werk van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) aanvullen, die momenteel alleen in staat is om aanbevelingen aan nationale justitiële autoriteiten te doen. Slechts ongeveer de helft van deze aanbevelingen hebben geleid tot feitelijke aanklachten in de periode tussen 2008 en 2015. Volgens een recent rapport ging bijna een kwart van de onderzoeken en aanbevelingen van OLAF over financiële onregelmatigheden in de structurele- en landbouwfondsen over de landen Hongarije en Polen.
OLAF zelf onderstreept ook de noodzaak van de oprichting van een EOM dat grensoverschrijdende vervolgingen kan instellen. Het EOM moet het mandaat krijgen om in alle EU-lidstaten onderzoek te doen naar fraude met EU-gelden. Bijzonder aan het mandaat is dat de aanklager elke lidstaat de verplichting kan opleggen om binnen het eigen juridische systeem een onderzoek te beginnen.
Uitbreiding naar alle soorten grensoverschrijdende corruptie
Om het Europees Openbaar Ministerie tot een echt effectief lichaam te maken, moeten eventuele problemen rondom de structuur, de ethiek en de onafhankelijkheid worden verduidelijkt. Het EPPO wil een centraal kantoor op EU-niveau hebben dat zal worden aangevuld door Europese gedelegeerde aanklagers in lidstaten. De gedelegeerde aanklagers zullen afhankelijk zijn van nationale collega’s en het verzamelen van bewijs en andere procedures, die verschillen van land tot land.
Op dit moment zal de EPPO de belangrijkste rol spelen in het onderzoeken en vervolgen van grensoverschrijdende fraude en corruptie met EU-fondsen, maar de competenties kunnen uitgebreid worden naar alle soorten grensoverschrijdende corruptie. De mogelijkheid voor het EPPO om dergelijke criminaliteit te onderzoeken is expliciet toegestaan in de huidige EU-verdragen.