Amsterdam, 26 november 2018 – Tijdens de behandeling van de begroting van Justitie en Veiligheid op 22 november jl. hebben SP en D66 een motie ingediend over een mogelijke rol voor de rechter bij hoge en bijzondere transacties. Verder dienden SP en VVD een motie in die ziet op strafrechtelijk onderzoek naar feitelijke leidinggevenden bij hoge en bijzondere transacties.
Deze moties verwoorden aanbevelingen die TI-NL eerder heeft gedaan, o.a. in het working paper ‘Corruptiebestrijding in Nederland 2.0’. Zij zijn bovendien een vervolg op eerdere Kamervragen van de SP over omkoping door Nederlandse bedrijven in het buitenland, naar aanleiding van het rapport Exporting Corruption van TI.
De rechterlijke toets
Het voorleggen van hoge transacties aan de rechter past volgens de SP in de gedachte dat “[m]ensen die niet frauderen, (…) soms keihard [worden] aangepakt, (…) terwijl witteboordencriminelen strafvervolging kunnen afkopen.” Het is een oproep aan de minister in overleg te treden met de Raad voor de rechtspraak en ook te kijken naar ervaringen in het buitenland. De rechter zou onder andere moeten beoordelen of er voldoende bewijs is, of het schikkingsbedrag in een redelijke verhouding staat tot de zwaarte van het delict en of er afspraken zijn gemaakt over het al dan niet vervolgen van individuen. Indieners hopen hiermee openbaarheid en transparantie naar de samenleving te bevorderen.
NRC vermeldt dat het verantwoordelijke Kamerlid, Van Nispen, denkt aan een rechterlijke toets bij schikkingen vanaf 50.000 euro. Dit bedrag is hetzelfde als het bedrag genoemd in de ‘Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties‘ van het OM. Of de toets ook moet gelden voor gevoelige zaken of bijzondere transacties is nog niet bekend. Overigens dateert dit beleid van het OM uit 2008 en is het aan herziening toe, in het kader van de evaluatie Wet OM-afdoening. Eerder zei minister Grapperhaus: “de Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties [zal] in lijn worden gebracht met de staande praktijk op het gebied van transparantie.” De moties komen daarmee dus op een gunstig moment.
Bestraffing van individuen
Een tweede belangrijke motie betreft het instellen van een strafrechtelijk onderzoek naar feitelijke leidinggevenden bij hoge en bijzondere transacties. Motivering is dat aan ieder strafbaar handelen of nalaten van een bedrijf altijd menselijk handelen ten grondslag ligt. Volgens de indieners moet er in ieder geval onderzoek plaatsvinden naar de feitelijk leidinggevenden en opdrachtgevers en moet dit expliciet in de aanwijzing van het OM worden benoemd.
Het is volgens indieners niet goed uit te leggen dat “na ernstig strafbaar handelen, zoals een fraudezaak met enorme omvang, de betreffende rechtspersoon een schikking kan treffen met het Openbaar Ministerie (een megaschikking) zonder dat natuurlijke personen zich vervolgens voor de strafrechter hoeven te verantwoorden”. De minister zou met het Openbaar Ministerie in overleg dienen te treden “hoe dit uitgangspunt voldoende gestalte kan krijgen in de praktijk.”
Bij dit punt kan gewezen worden op het eerdere beleid dan in de VS is ontwikkeld, ook wel bekend als de Yates Memo. Een belangrijk onderdeel van die richtlijn is dat bedrijven alle relevante feiten en informatie over individuen betrokken bij zakelijk wangedrag moeten aanbieden aan het Amerikaanse Ministerie van Justitie (Department of Justice – DoJ). Voorheen werd het bedrijven vaak toegestaan enkel de zakelijke kant van de gebeurtenis openbaar te maken.
Overigens is de zaak geen reactie op de ING-schikking, waar het OM een enorm onderzoek heeft gedaan naar individuele personen, maar heeft moeten concluderen dat de strafwet geen mogelijkheden biedt die aan te pakken. Het antwoord van het indienende Kamerlid lijkt eerder te verwijzen naar de gelekte Rabobank schikking, door te verwijzen naar een schikking waarin “met bepaalde rechtspersonen de afspraak gemaakt [is] (…) dat natuurlijke personen niet vervolgd zouden worden.”
Mede vanwege schikkingen met grote bedrijven pleit de SP bovendien voor onderzoek naar “ongewenste selectiviteit in de strafrechtketen”. Over deze motie ‘onderzoek naar klassenjustitie‘ en de andere twee moties zal morgen gestemd worden. TI-NL zal de stemmingen met interesse volgen en u daarvan op de hoogte houden.
UPDATE: Op 27 november jl. zijn alle drie de moties door de Tweede Kamer aangenomen. TI-NL zal de implementatie van de moties monitoren.