Oezbekistan

Don’t hate the player, change the game: de staatskas van Oezbekistan

Bart VolleberghAlgemeen, Asset recovery, Corruptie, Internationaal, Nieuws, Omkoping, Wetgeving, Witwassen

Amsterdam, 15 juli 2019 – Eind vorige maand werd in Zwitserland bekend gemaakt dat na een complexe strafrechtelijke procedure van meer dan 6 jaar, het Zwitserse Openbaar Ministerie voldoende bewijs heeft met betrekking tot witwassen en valsheid in geschriften in de zaak omtrent Gulnara Karimova. Na de aanvankelijke veroordeling werd beslag gelegd op ruim €115 miljoen aan verbeurde activa.

Eenzelfde ontwikkeling was zichtbaar in Frankrijk, waar de rechter begin juli dit jaar besloot dat het vastgoed van Karimova, wat zij financierde met staatsgelden, verkocht zal worden en de opbrengst terug zal gaan naar de Oezbeekse staatskas. Een goede ontwikkeling. Echter, uit een recent gepubliceerd onderzoek van het Corruption & Human Rights Initiative blijkt dat de huidige situatie in Oezbekistan en de beloftes van de nieuwe Oezbeekse overheid om te breken met oude gewoontes van corruptie en vriendjespolitiek nog steeds te wensen over laten.

Verantwoord repatriëren

Al eerder schreef Transparency International Nederland over Gulnara Karimova, de miljonairsdochter van de voormalig president van Oezbekistan. In navolging van het onderzoek in Zwitserland kwamen ook in onder meer Nederland, Frankrijk, Zweden en Verenigde Staten witwaspraktijken en corruptieschandalen aan het licht in relatie tot de Oezbeekse telecommarkt en de steekpenningen die daarmee gemoeid waren. Miljoenen aan vermogen werden wereldwijd bevroren de afgelopen jaren, terwijl Karimova zelf sinds 2017 een gevangenisstraf uitzit in Oezbekistan. De vraag rijst nu wat er met de bevroren tegoeden moet worden gedaan en hoe deze op een verantwoorde manier terug kunnen naar het land van herkomst, Oezbekistan.

Het verantwoord repatriëren van illegaal verkregen activa – zoals in deze zaken het geval is – is geen sinecure, zo blijkt ook uit de recent gepubliceerde green paper van TI NL. De repatriëring van de activa is het laatste onderdeel in het proces van asset recovery en wordt onder meer bemoeilijkt door verschillen in wetgeving in de betrokken landen. Er is geen uniform wettelijke kader waarbinnen dergelijke transnationale vraagstukken worden opgelost en daarom wordt vaak teruggevallen op best practices en (informele) samenwerking.

Daarnaast is bij asset recovery uiteraard van groot belang dat zodra het geld weer in het land van herkomst is, het niet nogmaals wordt misbruikt en wederom in corrupte handen belandt. Tegelijkertijd heeft het land van herkomst – als soevereine staat – recht op deze tegoeden en is het vanuit juridisch oogpunt vaak lastig inmenging in de allocatie hiervan te rechtvaardigen.

EU-richtlijn inzake bevriezing en confiscatie van opbrengsten misdrijven

Zoals uit de green paper blijkt, heeft de internationale gemeenschap zich de afgelopen jaren zich in toenemende mate met het onderwerp bezig gehouden en hebben het Europees Parlement en de Raad op basis van de Richtlijn 2014/42/EU vijf fasen rondom het proces van verantwoorde repatriëring geformuleerd:

  1. Het veiligstellen en beheren van de activa;
  2. Overleg en samenwerking om de voorwaarden omtrent de terugvorderende activa te regelen;
  3. Het selecteren van een of meerdere derde partijen die zorg dragen voor het beheer, de overdracht en allocatie van de activa;
  4. Uitbetaling/overdracht van de activa aan de ontvangers(s) (in één of meerdere termijnen) en uitvoering van projecten/programma’s;
  5. Rapporteren en toezicht houden.

Situatie in Oezbekistan

Met betrekking tot Oezbekistan wordt het belang van een zorgvuldige uitvoering van het proces en deze fasen nogmaals benadrukt. Het Corruption & Human Rights Initiative rapport ‘Breaking with the past?’ analyseert de huidige situatie in Oezbekistan en onderzoekt of na het aftreden van Karimov daadwerkelijk daad bij woord is gevoegd met betrekking tot de hervorming van het politieke en economische klimaat.

Uit het rapport blijkt dat de problematiek die gepaard ging met de overgang van het Sovjetregime naar een vrijemarkteconomie sinds de jaren ’90 niet is opgelost met de beëindiging van het presidentschap van Islam Karimov. Onder de nieuwe president, Shavkat Marziyoyev, worden tal van maatregelen doorgevoerd onder een ingrijpend beleid van privatisering, deregulering en rijkssubsidie. Helaas dreigt in het huidige politieke klimaat van Oezbekistan, gekenmerkt door een fundamenteel gebrek aan transparantie, toerekenbaarheid, onafhankelijkheid en onpartijdigheid, de opkomst van een oligarchisch systeem wat ongelijkheid en instabiliteit in de hand werkt.

Tenslotte worden in het rapport een aantal red flags uitgelicht omtrent de Afka-Artel groep, een private onderneming in handen van de burgemeester van Tashkent, de hoofdstad van Oezbekistan. Belangenverstrengeling, oneerlijke concurrentie en heimelijkheid lijken het Oezbeekse politieke en investeringsklimaat aanhoudend te domineren. Ondanks een aantal significante verbeteringen is de toon van het rapport zorgwekkend: het lijkt erop dat de spelers zijn veranderd, maar dat het einde van het spel van corruptie en vriendjespolitiek in Oezbekistan nog niet in zicht is.