Amsterdam, 20 maart 2020 – De pandemie van COVID-19 vereist wereldwijd snelle actie. Op het moment van schrijven zijn volgens de World Health Organization 169 landen getroffen, meer dan 209.000 mensen besmet en ten minste 8.778 mensen overleden aan het virus. Een groeiend aantal landen heeft beperkingen opgelegd aan het openbare leven om de pandemie in te perken; niet-essentiële activiteiten zoals reizen en sociale bijeenkomsten zijn begrensd, en scholen, kantoren, universiteiten en recreatieruimtes zijn gesloten.
Tijdens crises zoals bij een uitbraak van een dodelijk virus, neemt het risico op corruptie in de gezondheidszorg, door een dramatisch verhoogde druk op het gezondheidssysteem, flink toe. Verstoring, onzekerheid en afleiding dragen bij aan een omgeving waarin corrupte actoren in hun eigen voordeel kunnen profiteren van de crisis.
Het is essentieel dat transparantie, openheid en integriteit in de hele gezondheidssector worden gehandhaafd en versterkt. Transparency International identificeerde eerder al verschillende cruciale anti-corruptiemaatregelen, waaronder de openbare publicatie van onderzoek naar vaccins en behandelingen, de bescherming van klokkenluiders in gezondheidsstelsels en het waarborgen van gelijke toegang tot levensreddende behandelingen. De behoefte aan transparantie en verantwoording gaat echter verder dan de gezondheidsstelsels zelf.
Noodmaatregelen en bevoegdheden bij crisis
Veel landen, regio’s en steden hebben de noodtoestand uitgeroepen of hebben vergelijkbare buitengewone bevoegdheden ingeroepen om de verspreiding van het virus te helpen voorkomen door de besluitvorming en de toewijzing van middelen te versnellen. Dit is belangrijk en vaak noodzakelijk. Deze machtsconcentratie mag echter in geen geval tot misbruik leiden. Het is van essentieel belang dat noodbevoegdheden alleen worden uitgeoefend voor de doeleinden waarvoor ze zijn verleend.
Fundamentele waarborgen tegen corruptie mogen nooit worden afgezwakt of genegeerd. Anders lopen we het risico onze inspanningen het algemeen belang te dienen te ondermijnen. De Raad van Europa stelt dat essentiële bescherming van “de rechtsstaat, parlementair toezicht, onafhankelijke rechterlijke controle en effectieve binnenlandse rechtsmiddelen behouden moet blijven, zelfs tijdens een noodtoestand”. Maar met verkiezingen, parlementsvergaderingen en andere politieke activiteiten die nu in sommige landen zijn opgeschort vanwege veiligheidsoverwegingen, zijn veel normale toezicht- en verantwoordingsprocessen ernstig verstoord. Regeringen moeten daarom extra inspanningen leveren om integer en transparant te handelen. Toegang tot informatie voor het publiek is hierbij essentieel, zodat er in de toekomst verantwoording kan worden afgelegd over de nu genomen beslissingen.
Voorbeelden uit Servië illustreren waarom dit belangrijk is. President Aleksandar Vučić heeft in het openbaar gesproken over het kopen van apparatuur “zonder schriftelijke aanbesteding”. “U kunt me op een dag vervolgen omdat ik de mensen ademhalingsmaskers heb geleverd”, voegde hij daaraan toe. Hoewel deze specifieke aankoop misschien in het algemeen belang was, als we de crisis accepteren als reden om aanbestedingsregels te negeren, zal het onvermijdelijk tot corruptie leiden. De Servische premier heeft ondertussen voor verwarring en bezorgdheid gezorgd door ten onrechte te stellen dat het aantal ademhalingsapparatuur in het land “staatsgeheim” was.
(Des)informatie in overvloed
De media en het maatschappelijk middenveld spelen een bijzonder belangrijke rol bij het verstrekken van betrouwbare, onafhankelijke en actuele informatie aan het publiek in tijden van crisis. Verantwoorde journalistiek en deskundigheid van het maatschappelijk middenveld kunnen helpen de verspreiding van verkeerde informatie te stoppen en zo het vertrouwen van het publiek in de overheid te ondersteunen, wat essentieel is voor effectieve crisisreacties. De vrijheid van meningsuiting moet worden beschermd en noodmacht mag nooit worden gebruikt om de persvrijheid te onderdrukken. Helaas is in Honduras het tegenovergestelde waar: de regering heeft hier het grondwettelijke artikel dat de vrijheid van meningsuiting, met inbegrip van de vrijheid van journalistiek, beschermt, ingetrokken onder een noodtoestand in verband met COVID-19.
Voor de meeste mensen die door de pandemie zijn getroffen, ligt de belangrijkste focus op het beschermen van onszelf, onze families en onze gemeenschappen. We moeten in deze buitengewone tijden echter ook waakzaam blijven tegen de bedreigingen van de vrijheden en de gerechtigheid in onze samenlevingen.