Utrecht, 10 juni 2020 – Eind mei publiceerde de Zuidelijke Rekenkamer een rapport over transparantie en zorgvuldigheid bij de inzet van oud-politici in de provincie Limburg. De rekenkamer concludeert dat de procedures op papier in orde zijn, maar in de praktijk transparantie missen. Transparency International pleit behalve voor meer transparantie ook voor het voorkomen van de ´draaideur´ voor politici en bestuurders.
Het rapport van de Zuidelijke Rekenkamer werd uitgevoerd naar aanleiding van berichtgeving in NRC en De Limburger in 2019 over het onderhands uitdelen van opdrachten aan oud-politici in Limburg.
Processen moeten transparanter en zorgvuldiger
De rekenkamer heeft in haar onderzoek aandacht besteed aan de relevante landelijke en provinciale kaders, de naleving daarvan door de provincie Limburg en het feitelijk gedrag. Het onderzoek baseert zich op alle 56 relevante dossiers uit de periode 2015-2019 en interviews met betrokkenen.
De rekenkamer constateert dat de inzet van oud-politici in het algemeen voldoet aan de gestelde kaders, maar dat tegelijk veel ruimte voor verbetering is in de procesgang.
Bij de helft van de onderzochte dossiers ging het om één-op-één gunningen van een opdracht, benoeming of voordracht. In de regel betrof het iemand uit het netwerk van Gedeputeerde Staten (GS), het dagelijks bestuur van de provincie. In een aantal gevallen is geprobeerd om een groslijst op te stellen met meerdere namen, maar dit heeft nauwelijks tot aanvullingen geleid. De Zuidelijke Rekenkamer concludeert dat het binnen de ambtelijke organisatie vaak aan duidelijkheid ontbreekt hoe de bewuste personen in beeld zijn gekomen.
Ook wat betreft de definitieve keuze van kandidaten constateert de rekenkamer dat deze niet altijd transparant plaatsvindt. Het ontbreken van een standaardprocedure speelt volgens de rekenkamer in dat verband een belangrijke rol.
Bij alle door de rekenkamer nader onderzochte opdrachten hebben GS gebruik gemaakt van de mogelijkheid om af te wijken van de geldende aanbestedingsregels. Bij 2 van de 3 geselecteerde benoemingen is de benoemingsbrief pas opgesteld dan wel ondertekend na ingaan van de periode waarop de werkzaamheden betrekking hadden.
De rekenkamer concludeert dat er voor de onderzochte opdrachten niet altijd evaluaties plaatsvonden. Dit was ook het geval in één casus waarbij een evaluatie zelfs verplicht was voor een herbenoeming.
Ook Commissaris van de koning Theo Bovens (CDA) krijgt kritiek. Hij heeft een te beperkte „leidende rol vervuld in reactie op de mediaberichten en onrust, ondanks zijn wettelijke zorgplicht voor bestuurlijke integriteit.”
Reactie Gedeputeerde Staten
De reactie van GS is opgenomen in het rapport. Daarin is GS kritisch over een aantal punten in het rapport, maar stelt het ook tevreden te zijn met de conclusie dat de inzet van de oud-politici „rechtmatig” was en hun beloning „marktconform”. Wel wordt de aanbeveling van het opnemen van een draaideurbepaling in de gedragscode overgenomen.