Amsterdam, 4 maart 2021 – Vorige week woensdag heeft Transparency International Nederland (TI-NL) een virtueel werkbezoek gebracht aan het Huis voor Klokkenluiders (HvK). Vanuit het Huis voor Klokkenluiders waren de voorzitter, de twee bestuursleden en de directeur aanwezig. TI-NL werd vertegenwoordigd door de voorzitter, een bestuurslid, de directeur, de projectleider en de voorzitter en een lid van de commissie Bescherming Klokkenluiders.
Tijdens dit werkbezoek heeft TI-NL kennis mogen maken met het bestuur, de organisatie, de afdeling Advies en de afdeling Onderzoek van het Huis. Er werd ingegaan op de contouren van de organisatie en de huidige stand van zaken wat betreft advies en onderzoek. Het Huis heeft sinds de start in juli 2016 350 verzoeken tot advies behandeld en zeven onderzoeken naar bejegening of misstanden op haar website gepubliceerd. Het Huis heeft de achterstanden uit de eerste jaren van haar bestaan grotendeels ingelopen. Er zouden thans 19 onderzoeken lopen waarvan 3 onderzoeken naar een misstand, 10 onderzoeken naar bejegening en 6 naar een combinatie daarvan. Daarnaast spraken het Huis en TI-NL over de evaluatie van de Wet Huis voor klokkenluiders en de implementatie van de EU-klokkenluidersrichtlijn.
Werkwijze Huis voor Klokkenluiders
Bij een verzoek tot advies vanuit een werknemer wordt eerst bepaald of er inderdaad sprake is van een redelijk vermoeden van een misstand met een maatschappelijk belang. Om vast te stellen of er sprake is van een redelijk vermoeden wordt gesproken met andere individuen binnen de desbetreffende organisatie om na te gaan of er anderen het vermoeden delen. Als dit het geval blijkt, dan wordt op grond van werknemerschap het vermoeden gerechtvaardigd en gaat het Huis verder met de advisering van de melder. De adviesrelatie komt op gang en het Huis biedt de melder een luisterend oor, verstrekt informatie, verwijst waar mogelijk en nodig door. Het Huis onderstreept hierbij dat ze acteren vanuit de rol als adviseur en niet als belangenbehartiger. Wel kijken ze in samenspraak met de melder naar de mogelijkheid wie de belangenbehartiging wél kan doen, vaak in de vorm van een advocaat.
Maar lang niet alle klokkenluiders kunnen zich een advocaat of psychische bijstand veroorloven. Er zou volgens het Huis dan ook een fonds moeten komen met overheidsmiddelen om de kosten van bijstand van een melder te dekken. TI-NL sluit zich hierbij aan en vindt dat de huidige discussie over een beloning zou moeten verschuiven naar het dekken van de kosten die een klokkenluider maakt omdat hij melding maakt van een misstand. In het overleg stelden we ook vast dat het Huis onder de huidige wet een tandeloze tijger is en dat daarom sanctiemogelijkheden nodig zijn om te zorgen dat het Huis autoriteit heeft om effectief op te treden tegen misstanden en vergelding bij organisaties.
EU-klokkenluidersrichtlijn moet tekortkomingen in huidige wet repareren
Ook is de Nederlandse implementatie van de EU-klokkenluidersrichtlijn aan bod gekomen tijdens het bezoek. Met de komst van de EU-richtlijn inzake klokkenluidersbescherming, die eind 2021 door EU-lidstaten moet zijn omgezet in nationale wetgeving, moeten ook huidige tekortkomingen in de Wet Huis voor Klokkenluiders worden gerepareerd. De richtlijn is echter niet perfect. Het vormt een sterke basis voor de bescherming van klokkenluiders, maar kent mazen en zwakke punten. Bovendien zijn EU-richtlijnen niet rechtstreeks van toepassing in EU-landen. Ze stellen doelen die de EU-lidstaten moeten bereiken, maar het is aan elk land hun eigen wetten te schrijven om deze doelen te bereiken. Sommige landen slagen er niet in om EU-richtlijnen om te zetten in adequate wetten, en een onjuiste omzetting van de klokkenluidersrichtlijn kan klokkenluiders verder in gevaar brengen en hen ontmoedigen om zich uit te spreken.
TI-NL heeft de afgelopen jaren met veel tijd en aandacht aan klokkenluiderswetgeving en de implementatie besteed. Hoewel de huidige Wet Huis voor Klokkenluiders tekort schiet en het Huis zeker niet optimaal functioneert, is de problematiek rond klokkenluiders zichtbaarder geworden en de acceptatie van het aan de bel trekken bij vermoedens van misstanden verbeterd. De EU-klokkenluidersrichtlijn biedt een kans om de wettelijke bescherming van een melder te verbeteren en zo te zorgen dat men wordt aangemoedigd zich uit te spreken tegen misstanden. Maar zoals gezegd, de richtlijn is niet perfect en stelt de toewijding van de Nederlandse overheid om klokkenluiders daadwerkelijk te beschermen op de proef. In ieder geval moet worden voorkomen dat de klokkenluidersrichtlijn op een nodeloos ingewikkelde wijze wordt geïmplementeerd waardoor de wet voor klokkenluiders niet meer te begrijpen is.