Wat is corruptie?
Op deze pagina vind je algemene informatie over corruptie, zoals antwoorden op veelgestelde vragen, regelgeving en meetinstrumenten. Zoek je specifieke informatie over corruptie in een bepaald veld? Bekijk eens het overzicht ‘corruptie op onderwerp’.
Wat is corruptie?
De term ‘corruptie’ kent vele definities. Die variëren van zeer eng tot zeer ruim. Onder de engste definitie wordt slechts de ambtelijke omkoping begrepen.
Deze enge definitie wordt in het Nederlandse strafrecht gehanteerd en is neergelegd in de artikelen 177 tot en met 178a en 362 tot en met 364a van het Wetboek van Strafrecht. Zie nader ‘Nationale regelgeving’.
In het dagelijks spraakgebruik wordt ‘corruptie’ als containerbegrip echter voor veel meer gedragingen gebruikt. De ruimste definitie van corruptie omvat alle vormen van machtsmisbruik door een ieder die macht toevertrouwd heeft gekregen. In die omschrijving is ‘corruptie’ de tegenhanger van wat ‘integriteit’ wordt genoemd. Iemand is corrupt wanneer hem of haar macht is toegekend en hij of zij die macht vervolgens misbruikt, om zichzelf of een ander te bevoordelen.
Een voorbeeld: een ambtenaar bepaalt namens de overheid wie wel en wie niet een subsidie krijgt. Hij dient volgens een bepaalde set van regels te doen en niemand voor te trekken. Ook vrienden of familie of mensen die hem een mooie vakantie beloven, mag hij niet voortrekken. Doet hij dat wel en handelt hij dus niet eerlijk, dan is hij corrupt.
Wat verstaat TI-NL onder corruptie?
TI Nederland hanteert de definitie die Transparency International heeft geformuleerd.
“Corruptie is het misbruik van toevertrouwde macht voor persoonlijk gewin. Corruptie schaadt iedereen wiens leven, levensonderhoud of geluk afhankelijk is van de integriteit van mensen in een gezagspositie.”
Deze ruime definitie is bewust gekozen, omdat corruptie vele gedaanten aan kan nemen en in verschillende culturen en landen voor uiteenlopende problemen kan zorgen. Maar steeds komt het erop neer dat een grote hoeveelheid mensen lijdt omdat één persoon of een (relatief) kleine groep personen zichzelf wil verrijken ten koste van de maatschappij en dus de medemens.
Wat is ‘transparency’?
Veelgestelde vragen
Wat doet de TI-beweging tegen corruptie?
TI stelt zich in dienst van de strijd tegen de corruptie sinds haar oprichting in 1993. De basisprincipes van TI’s strijd tegen corruptie zijn vastgelegd vanaf het begin: het opbouwen van een coalitie, stapsgewijs groeien en het behouden van een niet-confronterende opstelling.
Wat betekent dit? TI is van mening dat het in toom houden van corruptie slechts haalbaar is wanneer vertegenwoordigers van overheden, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties samenwerken en het eens worden over een stelsel van normen en procedures die zij allen steunen.
Waarom corruptiebestrijding in Nederland?
Uiteraard kan succesvol betoogd worden dat corruptie in Nederland geen enorm probleem vormt. Over het algemeen kan iedere burger van overheidsdiensten gebruik maken zonder dat hij wordt gevraagd steekpenningen te betalen. Ambtenaren worden over het algemeen goed genoeg betaald zodat ze minder snel de drang voelen een extra inkomen uit steekpenningen te creëren.
Toch is ook Nederland, zoals iedere maatschappij, niet geheel vrij van corruptie. Er bestaan nog vele misstanden op vele gebieden. Om een voorbeeld te noemen: nog lang niet alle bedrijven hebben een interne klokkenluidersregeling opgezet.
Wat zijn de kosten/nadelen van corruptie?
De prijs voor corruptie wordt betaald op vier gebieden: op politiek gebied, economisch gebied, sociaal gebied en het gebied van milieu.
Op politiek gebied vormt corruptie een belangrijk obstakel voor democratie en de rechtsstaat. In een democratisch systeem verliezen kantoren en instellingen hun legitimiteit wanneer zij worden misbruikt voor privévoordeel. Hoewel dit reeds schadelijk is voor gevestigde democratieën, is dat nog meer het geval voor opkomende democratieën. Verantwoordelijk politiek leiderschap kan zich niet kan ontwikkelen in een corrupt klimaat.
Kunnen de kosten van corruptie in cijfers worden uitgedrukt?
Het korte antwoord is “nee”. Sommige deskundigen gebruiken regressieanalyses en andere empirische methoden teneinde een geldbedrag te hangen aan de kosten van corruptie. Dit is echter vrijwel onmogelijk, omdat de bedragen die aan steekpenningen zijn besteed (uiteraard) niet openbaar worden gemaakt. Niemand weet precies hoeveel geld per jaar wordt “geïnvesteerd” in corrupte ambtenaren. En steekpenningen bestaan niet alleen in de vorm van geld: gunsten, diensten, cadeautjes, enzovoort, komen net zo vaak voor. Hoogstens kan men de correlatie onderzoeken tussen het niveau van corruptie en bijvoorbeeld democratisering, economische ontwikkeling of milieuschade. De sociale kosten van corruptie zijn nog moeilijker in geld uit te drukken. Niemand weet hoeveel het verlies van een energieke ondernemer of een befaamde wetenschapper een land kost.
Waar is corruptie het meest wijdverspreid?
Een eerste, willekeurige blik op de Corruptie Perceptie Index (CPI), jaarlijks gepubliceerd door TI, lijkt de stereotype gedachte te bevestigen dat corruptie voornamelijk een probleem is van ontwikkelingslanden. Terwijl de Scandinavische landen en Nieuw Zeeland aan de top resideren (wat betekent dat zij als het minst corrupt worden ervaren), staat het grootste deel van Afrika ten zuiden van de Sahara onderaan de lijst.
Het zou echter niet alleen onjuist om te concluderen dat – volgens de CPI 2017 – Zuid-Soedan en Somalië de meest corrupte landen ter wereld zijn; het zou bovendien contraproductief zijn. De index is niet bedoeld om bepaalde landen te brandmerken als ‘corrupt’ of ‘het Noorden’ tegen ‘het Zuiden’ af te zetten. Beter kan het gezien worden als een instrument ter bewustmaking van de publieke opinie van het probleem en ter bevordering van een beter bestuur.
Regelgeving
Nationale wetgeving
Internationale regelgeving
– Foreign Corrupt Practices Act (FCPA), U.S.A.;
– UK Bribery Act 2010;
– OECD Anti-Bribery Convention;
– United Nations Convention Against Corruption.
Ook bevat de database andere bronnen en rankings, surveys en rapporten, zoals:
– Bribe Payers Index: Evaluates the propensity of companies from wealthier countries to bribe abroad, and which industrial sectors involve the greatest levels of bribery.
– Corruption Perceptions Index: Scores countries according to their perceived levels of public corruption.
– Global Corruption Barometer: Assesses general public attitudes toward and experience of corruption based on a worldwide public opinion survey.
– Corruption by Country/Territory: Provides corruption research, reports, and other resources on a country-by-country basis.
– Transparency in Corporate Reporting: Analyzes the transparency of corporate reporting on a range of anticorruption measures among the 105 largest publicly-listed multinational companies.
Een papieren bron is: ‘Anti-Corruption Law and Compliance: Guide to the FCPA and Beyond‘, geschreven door Kevin Abikoff, John Wood en Michael Huneke. Hoog aangeschreven door de FCPA blog.
Meetinstrumenten
Bestrijding van een probleem is onmogelijk wanneer niet duidelijk is wat het probleem is, waar het probleem zich bevindt en hoe groot het probleem is.
Het doel van Transparency International is de bestrijding van corruptie wereldwijd kracht bij te zetten. Om mensen wereldwijd ervan te overtuigen dat corruptie bestreden dient te worden, moeten zij zich eerst bewust worden van de omvang van het probleem.
Teneinde de problematiek van corruptie in kaart te brengen, heeft Transparency International een aantal meetinstrumenten ontwikkeld en laten ontwikkelen. Ieder instrument belicht een bepaalde aspect van het veelvormige verschijnsel van corruptie.
Corruption Perceptions Index
De Corruption Perceptions Index (CPI) wordt sinds 1995 jaarlijks uitgegeven en heeft zich ontwikkeld tot het instrument waaraan Transparency International de meeste bekendheid ontleent. De CPI brengt in kaart de mate waarin in 180 landen de mate van corruptie onder ambtenaren en politici wordt ervaren. Het gaat dus niet om harde cijfers maar om de ervaringen en waarnemingen van landenexperts en zakenlieden. Zij geven hun mening niet alleen over hun eigen land, maar ook over andere landen. Zo ontstaat een zo volledig mogelijk beeld.
Voor de CPI worden meerdere enquêtes en opinieonderzoeken samengevoegd, wat resulteert in een rapportcijfer van 0 tot 10 voor ieder land. Hoe lager het cijfer van een land, des te meer wordt corruptie onder ambtenaren en politici in dat land ervaren als een fundamenteel en veelvoorkomend probleem. De CPI rangschikt vervolgens de landen zodat op nummer 1 het “minst corrupte land” en op nummer 180 het “meest corrupte land” staat.
Voor meer informatie over de CPI en de uitgebrachte CPI’s sinds 1995, klik hier.
Global Corruption Barometer
Sinds 2003 publiceert TI jaarlijks de Global Corruption Barometer (GCB). De GCB brengt waarnemingen en ervaringen van “gewone” mensen in kaart. Hierin onderscheidt de GCB zich van de CPI, die immers gebaseerd is op percepties en ervaringen van landenexperts en zakenlieden.
In de GCB van 2007 zijn ervaringen en waarnemingen van 63.199 mensen in 60 landen opgenomen. De mensen werd gevraagd welke publieke sectoren zij het meest corrupt achten, hoe het corruptieklimaat in hun land zich volgens hen zal ontwikkelen en hoe volgens hen de overheid presteert bij de bestrijding van corruptie. Ook werd gevraagd naar ervaringen met corruptie, waardoor een beeld kan worden geschetst hoe frequent burgers in een bepaald land gevraagd worden een steekpenning te betalen wanneer zij in contact komen met verschillende openbare diensten.
Omdat de GCB de ervaringen van burgers meet, worden in de GCB – in tegenstelling tot in de CPI – ook ervaringen opgenomen met kleine gevallen van corruptie, zogenaamde ‘petty corruption’.
Ondanks de verschillen tussen GCB en CPI, valt wel een correlatie tussen de jaarlijkse uitgaven van de twee indices waar te nemen.
Klink hier voor de uitgebrachte GCB’s sinds 2003 en meer informatie over totstandkoming ervan.
Bribe Payers Index
De Bribe Payers Index (BPI) wordt eens per 2 jaar uitgegeven. De lijst wordt gevormd door een rangschikking van 22 grote exportlanden en meet de waarschijnlijkheid dat bedrijven uit die landen steekpenningen betalen in het buitenland. Op nummer 1 staat het land waarvoor die waarschijnlijkheid het kleinst is. Het rangschikt landen en dus niet bedrijven.
Voor de uitgaven van de BPI en meer informatie over de totstandkoming van dit instrument, klik hier.